Blog

Blog met verhalen over actuele waarnemingen van zeldzame vogels in België.

Oktober/Octobre 2020

2 november 2020  ·  Joachim Pintens  ·  2438 × bekeken

Version française ci-dessous!

Het zat eraan te komen. De dagen worden korter, het wordt merkbaar frisser en de vogeltrek lijkt over zijn hoogtepunt heen. De maand oktober is nu definitief achter de rug. We houden er een ellenlange lijst aan over van waarnemingen om duimen en vingers bij af te likken, hieronder zorgvuldig in een uitgebreid overzicht gegoten en opgesmukt met verrukkelijke foto’s en filmpjes om even lekker bij weg te dromen!

Overzicht

Nadat er enkele jaren opvallend veel waarnemingen doorkwamen van Zwarte Ibis (Plegadis falcinellus), met 16 gevallen in 2014 en 10 in 2016, is de soort uiteindelijk vanaf 2018 afgevoerd als BRBC-beoordeelsoort. Al snel stagneerde het aantal gevallen echter sterk en mogen we nu al van geluk spreken met een paar waarnemingen per jaar. Gelukkig werden er deze maand weer twee gevonden, in de Moerassen van Harchies (HA) op 3 oktober en op Drijdyck te Kieldrecht (OV) op 4 oktober. Beide vogels lieten zich één dag bewonderen.

Hoewel in oktober soms nog serieus kan worden uitgehaald op roofvogelvlak, konden we nu even op adem komen na al die topsoorten die we dit jaar over ons heen kregen. Wel werden er weer een aantal Zeearenden (Haliaeetus albicilla) waargenomen, een soort die we steeds vaker te zien zullen krijgen maar die gelukkig nooit zijn majestueuze karakter zal verliezen. Op 4 en 5 oktober kwam een adulte vogel De Luysen-Mariahof te Bree (LI) onveilig maken, op 7 oktober werd een eerste jaars boven Meerbeek (VB) en vervolgens boven Friche Josaphat (BR) gezien, op 9 en 10 oktober vertoefde een onvolwassen exemplaar in het Bichterweerd te Rotem (LI) en aan de Maas bij Stokkem (LI), op 14 oktober vloog een jonge vogel rond in de ruime omgeving van Oudenaarde (OV), op 15 oktober werd zeker één tweede kalenderjaars op het Groot Schietveld te Brecht (AN) waargenomen, op de Kalmthoutse Heide (AN) werden op 15 oktober twee vogels gemeld, op 16 oktober trok een tweede kalenderjaars langs over Loenhout (AN), op 17 oktober en op 23 oktober vloog telkens een onvolwassen exemplaar over De Maatjes te Nieuwmoer (AN), en op 17 oktober werd ook een onvolwassen exemplaar gezien op trek in de buurt van Bois-et-Borsu (LG). Waarnemingen van Slangenarenden (Circaetus gallicus) relatief laat op het najaar zijn inmiddels geen uitzondering meer, toch was de waarneming van een onvolwassen vogel in Het Zwin te Knokke (WV) op 3 oktober een serieuze verrassing, en wel omwille van de locatie! Op 7 oktober werd ook nog een exemplaar op trek gezien bij Angreau (HA).

Reeds op 3 oktober vonden de eerste waarnemingen van Ruigpootbuizerds (Buteo lagopus) plaats, op trek boven het Bichterweerd te Rotem (LI) en boven Ledegem (WV). Op 15 oktober vloog er dan weer één over Mannekensvere (WV) en op 22 oktober werd er één gezien op de Kalmthoutse Heide (AN). Met Grijze Wouwen (Elanus caeruleus) gaat het nu helemaal los, er is geen houden meer aan. Op 2 oktober werd er één op trek waargenomen te Smetlede (OV), zo ook op 10 oktober boven de Gentbrugse Meersen (OV), op 25 oktober pleisterde een exemplaar kortstondig in de Kleine Netevallei te Kasterlee (AN), op 26 oktober vloog er één over Grimbergen (VB), op 26 en 27 oktober hing een vogel rond in de Doode Bemde te Neerijse (VB) en op 31 oktober tenslotte zat er één in Vremde (AN). Van Steppekiekendief (Circus macrourus) kwam nog een hele reeks waarnemingen door in oktober. Een prachtig tweede kalenderjaars mannetje vloog op 2 oktober langs trektelpost Averbode Bos en Heide (LI), diezelfde dag trok een juveniel langs Meerbeek (VB), op 4 oktober werd een mannetje gezien bij Villers-sur-Semois (LX), op 7 oktober werd een jonge vogel gezien op het Kluizendok te Gent (OV), op 11 oktober werd er één genoteerd tijdens een trektelling op het militair domein van Helchteren (LI), op 14 oktober pleisterde een jong exemplaar in Outgaarden (VB) en in Sint-Denijs-Boekel (OV), op 15 oktober migreerde een juveniel over Avelgem (WV), op 19 oktober werd een juveniel jagend waargenomen bij Mellery (BW) en op 20 oktober trok een late adulte man langs Houtem (WV). In Zuienkerke (WV) werd op 2 oktober nog een Roodpootvalk (Falco vespertinus) gezien, en op 15 oktober trok een late vogel hoog langs over trektelpost Averbode Bos en Heide (LI).

Steppekiekendief Circus macrourus, Gent, 7 oktober 2020 (©Elie Desmet)

Nadat er vorig jaar voor het eerst sinds 2013 geen waarnemingen kwamen van Aziatische Goudplevier (Pluvialis fulva) in Doel (OV), vond Kenny Hessel op 29 oktober opnieuw een exemplaar tussen de Goudplevieren in de Doelpolder. Uiteraard rijst de vraag nu of dit hetzelfde exemplaar is als eerder, of misschien gewoon een andere vogel gezien de vele waarnemingen in Nederland dit najaar. Er zijn hoe dan ook slechts 9 verschillende aanvaarde gevallen van deze soort in België tot nu. Een late Morinelplevier (Charadrius morinellus) werd op trek waargenomen boven Kalken (OV) op 12 oktober, en van 26 oktober tot 31 pleisterde er zelfs nog één in een groep Goudplevieren te Veurne (WV). We kregen afgelopen maand nog een heuse piek van Grauwe Franjepoten (Phalaropus lobatus), met maar liefst 5 verschillende gevallen! De vogel van de IJzermonding te Nieuwpoort (WV) werd voor het laatst gezien op 9 oktober. Diezelfde dag werden er nog twee nieuwe ontdekt, namelijk op de Roksem Put te Ettelgem (WV) door Willy Dias en op het Noordelijk Eiland van Wintam (AN) door Erik De Keersmaecker. Op 11 oktober werd er nog één opgemerkt tijdens het seawatchen te Koksijde (WV), die iets later nog gezien werd voor De Panne (WV). Op 17 en 18 oktober ten slotte pleisterde nog een vogel op het Spaarbekken te Woumen (WV), daar ontdekt door Koen Devos. Ook werden er weer wat Rosse Franjepoten (Phalaropus fulicarius) gezien, waarvan een paar langdurig bleven pleisteren en veel vogelkijkers de kans gaven deze soort echt eens uitvoerig te bekijken. Van 2 tot 11 oktober verbleven twee vogels in de buurt van de oostelijke havendam van Oostende (WV), op 7 en 9 oktober werden respectievelijk twee en één exemplaren waargenomen in de IJzermonding te Nieuwpoort (WV), op 7 oktober werd ook een individu gezien voor het strand van Groenendijk (WV) en trok er één langs Koksijde (WV), van 15 tot 19 oktober was er één te zien op de Meren van de Eau d’Heure (NA), op 16 oktober werd een vogel gefotografeerd voor het strand van De Panne (WV) en ten slotte koos er één de Zwinuitbreiding te Knokke (WV) als zijn vaste stekje sinds 9 oktober tot aan het eind van deze periode.

Aziatische Goudplevier Pluvialis fulva, Doel, 29 oktober 2020 (©Kenny Hessel)

Rosse Franjepoot Phalaropus fulicarius, Oostende, 8 oktober 2020 (©Patrick Van Wouwe)

Op vlak van seawatch was oktober een bijzonder kalme maand. Aan harde wind ontbrak het echter niet, maar ze blies meestal uit de verkeerde richting. Toch werden er enkele Kleinste Jagers (Stercorarius longicaudus) gezien, op 11 oktober één langs De Panne (WV) en diezelfde dag ook twee verschillende individuen langs Koksijde (WV). Op 12 oktober vlogen er twee langs Bredene (WV). Op 10 oktober werd telkens één Vorkstaartmeeuw (Xema sabini) gezien vanaf Knokke (WV) en Oostende (WV), op 11 oktober vlogen er twee samen langs De Panne (WV) en langs Oostende (WV) werden er die dag ook nog twee verschillende gezien.

En dan nu naar één van de hoogtepunten van deze maand, een unicum zelfs: er werden deze oktobermaand maar liefst 4 soorten gierzwaluwen waargenomen in België! Dat hebben we natuurlijk grotendeels te danken aan Stijn Baeten die op 26 oktober de eerste Huisgierzwaluw (Apus affinis) voor België vond in Zeebrugge (WV). Zijn verhaal kan je hier lezen. We vergeten echter niet de Alpengierzwaluw (Tachymarptis melba) die op 7 oktober zomaar over Jochen Vanryckeghem heen kwam gevlogen te Oostkamp (WV), en dat tijdens zijn werk! Vijf dagen later, op 12 oktober, werd Friche Josaphat (BR) op de kaart gezet toen drie trektellers daar ook een Alpengierzwaluw konden onderscheppen. Deze twee betreffen het 39ste en 40ste geval voor België. Naar goede gewoonte kregen we eind oktober in combinatie met aanhoudende zuidenwind weer een aantal waarnemingen van Vale Gierzwaluwen (Apus pallidus). Met november nog in ’t verschiet, lijkt het erop dat dit jaar het beste jaar voor deze soort kan worden in België – of toch wat het aantal gevallen betreft. Want een goed twitchbare vogel kwam er niet uit, waardoor het nog steeds voor veel vogelkijkers een ‘nieuwe Belg’ is. Het begon met enkele onzekere meldingen van gierzwaluwen, in totaal een vijftiental in de tweede helft van oktober. Pas op 25 oktober was het Kenny Hessel die in de duinen tussen De Haan en Wenduine (WV) de eerste zekere Vale Gierzwaluw vond, die iets later zelfs vervoegd werd door een tweede exemplaar! Ze konden nog door 4 man getwitcht worden voor ze richting binnenland verdwenen. Op 26 oktober kreeg Joachim Pintens maar liefst twee keer een exemplaar in beeld in de Paelsteenpanne te De Haan (WV), één op actieve trek in de ochtend en een vogel die 10 minuutjes bleef rondhangen en zich uitvoerig liet fotograferen. Na urenlang gepost te hebben werd ook Arno Beidts beloond met een vogel die hard doorvloog boven zijn tuin in Zeebrugge (WV). Een aantal vogelkijkers die tevergeefs op zoek waren naar de Huisgierzwaluw die de dag voordien nog tot laat in de schemering gezien was, konden toch nog enigszins tevreden naar huis keren dankzij een Vale Gierzwaluw die tussen Blankenberge en Zeebrugge gezien werd. Vervolgens werd er nog één gefotografeerd door Sacha d’Hoop in de Spanjaardduinen te Bredene (WV) op 28 oktober, en op 30 oktober ten slotte vonden Klaas Debusschere en Sebastiaan Hanoulle een vogel in Torgny (LX). Tot dusver hadden we 9 aanvaarde gevallen van Vale Gierzwaluw in België.

Huisgierzwaluw Apus affinis, Zeebrugge, 26 oktober 2020 (©Joachim Pintens)

Vale Gierzwaluw Apus pallidus, De Haan, 26 oktober 2020 (©Joachim Pintens)

Siberische Boompiepers (Anthus hodgsoni) worden al sinds 2011 jaarlijks gevonden, met vaak ook meerdere gevallen per jaar. Meestal zijn ze echter niet goed twitchbaar, waardoor de vogel die Elie Coremans en Arno Beidts op 17 oktober vonden in De Fonteintjes te Blankenberge (WV) op zijn zachtst gezegd uniek was. Die liet zich namelijk tien dagen lang, tot en met 27 oktober, soms tot op enkele meters bekijken voor de vele toeschouwers die de vogel zijn gaan bekijken. Een stukje vroeger, op 3 oktober al, vond Diederik D’Hert de eerste dit jaar aan de IJzermonding te Nieuwpoort (WV). Verder kreeg Michaël Vandeput er één over zijn telpost in Tienen (VB) op 13 oktober, en ook Robin Vermylen vond er één die op 19 oktober wegvloog in de buurt van zijn telpost te Zandvliet (AN) en meermaals roepend opgenomen werd. In totaal werden er deze maand 16 Grote Piepers (Anthus richardi) waargenomen, veelal tijdens trektellingen.

Siberische Boompieper Anthus hodgsoni, Blankenberge, 15 oktober 2020 (©Dieter Coelembier)

Siberische Boompieper Anthus hodgsoni, Blankenberge, 19 oktober 2020 (©Jan Vanwynsberghe)

Je zou het bijna niet zo gek kunnen verzinnen, maar op 12 oktober ringde Joris Elst in Het Zwin te Knokke (WV) maar liefst twee soorten die voorheen slechts één keer in België vastgesteld waren. Hier kan je meer lezen over deze historische dag. Eén van deze twee was een Roodkeelnachtegaal (Calliope calliope), de eerste die levend in België gezien werd na de vogel die op 4 december 2019 in Haillot (LG) door een kat gepakt werd. De vogel van Het Zwin betrof een eerste kalenderjaars vrouwtje, en werd ondanks verwoede pogingen om de vogel terug te vinden in het veld, niet meer waargenomen. Na de recordbrekende aantallen Blauwstaarten (Tarsiger cyanurus) waarmee Finland en ook de rest van Scandinavië overspoeld werd, werden er in Noordwest-Europa inderdaad ook opvallend veel gevonden. In Nederland niet minder dan 18 verschillende gevallen dit najaar! Geen hoge aantallen bij ons, maar dankzij de Blauwstaart die Marc Peeters op 11 en 12 oktober te gast had in zijn tuin in Blankenberge (WV) kunnen we gelukkig toch ook een voortreffelijke foto in ons overzicht plaatsen. Dit is het 9de geval voor België.

Roodkeelnachtegaal Calliope calliope, Knokke, 12 oktober 2020 (©Wouter Faveyts)

Blauwstaart Tarsiger cyanurus, Blankenberge, 12 oktober 2020 (©Marc Peeters)

Op 10 oktober scoorde Davy Bosman nog eens, dit keer met de 13de Provençaalse Grasmus (Curruca undata) voor België in de Voorhaven van Zeebrugge (WV). De vogel was eerder moeilijk te zien te krijgen maar kwam voor onderstaande foto even kort open en bloot op een zandheuveltje zitten. De Sperwergrasmus (Curruca nisoria) van de marinebasis te Zeebrugge (WV) werd daar nog tot 2 oktober gezien, nadien zat er één van 4 tot en met 10 oktober bij de parking van de Westdam te Zeebrugge (WV). Op 14 oktober werd er één gevonden in De Fonteintjes te Blankenberge (WV), en vervolgens werden er nog 3 verschillende vogels waargenomen in het Zwin te Knokke (WV): een veldwaarneming op 16 oktober, een ringvangst op 19 oktober en een ongeringde vogel die op 24 oktober vlakbij de netten gezien was. Opnieuw werden er verschillende spannende Braamsluipers (Curruca curruca) waargenomen die vermoedelijk een oostelijke herkomst hadden. Van een vogel die op 12 oktober in het Visserskruis te Zeebrugge (WV) zat, kon een uitwerpsel verzameld worden dat binnenkort onderzocht wordt. Hopelijk kunnen we die vogel dus weldra tot op ondersoort benoemen.

Provençaalse Grasmus Curruca undata, Zeebrugge, 10 oktober 2020 (©Hans Matheve)

Speciaal voor degenen die de Siberische Sprinkhaanzanger (Helopsaltes certhiola) gemist hadden die vorig jaar door Stijn Baeten gevonden was in de ‘takkenbossen’ van Heist (WV), had Stijn dit najaar nog een kleine verrassing in petto. Alsof het niets is vond hij op 4 oktober opnieuw een Siberische Sprinkhaanzanger in Heist, en dat op 150m van de vorige plek! Het vondstverhaal van Stijn kan je hier nalezen. Hoewel deze zich een stuk minder makkelijk liet bekijken, is de vogel op de twee dagen dat hij er zat toch door meer dan 50 vogelkijkers gezien. Na de vogel in de Voorhaven van Zeebrugge een weekje eerder, hebben we dus 3 veldwaarnemingen gehad op net geen jaar tijd! Bij dezen zitten we aan 10 gevallen in België. Van Graszanger (Cisticola juncidis) kregen we tegen de verwachtingen in eerder weinig waarnemingen in oktober. Op 2 oktober werd er één waargenomen in Doel (OV), op 4 oktober in Het Zwin te Knokke (WV) en van 14 tot 17 oktober in de Kleiputten te Heist (WV).

Siberische Sprinkhaanzanger Helopsaltes certhiola, Heist, 5 oktober 2020 (©Johan Buckens)

Oktober is toch wel dé maand voor zij die hun hartje willen ophalen aan allerlei exotische phyllo’s uit het verre Oosten, om ons toch even op reis te kunnen wanen in eigen land. Niets bijzonders voor een leek, maar een heus juweeltje voor kenners: Raddes Boszanger (Phylloscopus schwarzi) is een soort die hoog op het verlanglijstje staat van menig vogelkijker. Op 3 oktober vond Peter Symens een exemplaar op het ontoegankelijke Groot Schietveld te Brecht (AN), de eerste veldwaarneming sinds de laatste twitchbare vogel in 2009! Op 7 oktober trof Michaël Crapoen een Raddes aan in zijn netten, ergens achterin zijn tuin te Wetteren (OV). Reeds zijn tweede op die locatie! Indien aanvaard zijn dit de 32ste en 33ste Raddes Boszangers voor België. Van Bruine Boszanger (Phylloscopus fuscatus) kregen we slechts twee gevallen deze maand, wat best weinig is gezien de veelheid aan waarnemingen in Nederland dit najaar. Op 14 en 15 oktober zat er één in de bosjes bij Station Dorp te Zeebrugge (WV), daar gevonden door Johan Buckens, en op 28 oktober vond Joris Elst een exemplaar in de Vuurtorenweide te Heist (WV). Die vogel zat in rietvelden en liet zich daar voornamelijk horen tot en met 30 oktober. Het lijkt erop dat we eindelijk nog eens een najaar met goed wat Pallas’ Boszangers (Phylloscopus proregulus) gaan krijgen, met deze maand reeds 5 gevallen. Op 17 en 18 oktober zat er één in het park van Middelkerke (WV), op 20 oktober werd er één geringd in Mechelen (AN), op 29 oktober werd er één gezien in Ruisbroek (AN), op 30 oktober werd er één gevonden nabij Wenduine (WV) en op 31 oktober vond Johan Buckens zijn 18de in De Sashul te Heist (WV). Ook Siberische Tjiftjaf (Phylloscopus collybita tristis) mag er wezen! Op 1 oktober werd er één geringd te Tongeren (LI), op 11 oktober werd er één waargenomen te Houtem (WV), op 14 oktober werd er één geringd te Tienen (VB), van 23 tot 28 oktober zat er één in Park 58 te Duinbergen (WV), op 24 oktober werd er één gevonden in Blankenberge (WV) en werd er één geringd in De Bourgoyen te Gent (OV) en op 27 oktober werd er ten slotte één geringd in Het Zwin te Knokke (WV).

Raddes Boszanger Phylloscopus schwarzi, Wetteren, 7 oktober 2020 (©Michaël Crapoen)

Bruine Boszanger Phylloscopus fuscatus, Zeebrugge, 14 oktober 2020 (©Johan Buckens)

Pallas' Boszanger Phylloscopus proregulus, Heist, 31 oktober 2020 (©Johan Buckens)

Siberische Tjiftjaf Phylloscopus collybita tristis, Duinbergen, 24 oktober 2020 (©Johan Buckens)

Op vlak van Kleine Vliegenvangers (Ficedula parva) hebben we eveneens niet te klagen, met 4 gevallen dit najaar. Het adulte vrouwtje van het Visserskruis te Zeebrugge (WV) liet zich daar nog mooi zien tot en met 6 oktober. Twee dagen later, op 8 oktober, werd er vlakbij een tweede vogel gevonden bij de marinebasis van Zeebrugge (WV), een jonge vogel dit keer. Op 29 oktober werd nog een laat adult mannetje gevonden in de bosjes ten zuiden van Station Dorp te Zeebrugge (WV), die zich daar soms prachtig liet bekijken tot de dag nadien. Zo hebben we dus 3 verschillende kleden gehad op 1 najaar! Van Kleine Vliegenvanger, nog steeds een BRBC-beoordeelsoort, hebben we reeds 111 gevallen.

Kleine Vliegenvanger Ficedula parva, Zeebrugge, 2 oktober 2020 (©Joachim Pintens)

Kleine Vliegenvanger Ficedula parva, Zeebrugge, 29 oktober 2020

2020 is een redelijk uitzonderlijk jaar voor Roze Spreeuw (Pastor roseus) bij ons, met niet minder dan 10 gevallen, inclusief de 5 die er deze maand bij kwamen. Bij Strée (LG) vond Jean-Sébastien Rousseau-Piot een exemplaar in een grote groep Spreeuwen op 1 oktober, op 2 oktober werd er één gevonden nabij Fort Napeleon te Oostende (WV) door Jan Rottiers, op 12 oktober had Filip De Ruwe er één op trek langs De Haan (WV), 17 oktober werd er één gefotografeerd in de duinen bij Lombardsijde (WV) door An Ceulemans en Karen Tuytens, en tot slot vond Vincent Leirens een vogel in een groep Spreeuwen bij Angreau (HA) op 20 oktober. Van Roze Spreeuw hadden we tot dusver 57 gevallen.

Roze Spreeuw Pastor roseus, Lombardsijde, 17 oktober 2020 (©An Ceulemans)

Nog een soort die niet ongemerkt passeerde was beslist Dwerggors (Emberiza pusilla), met deze maand alleen al 11 verschillende exemplaren! Een groot deel hiervan hebben we te danken aan Michaël Vandeput, die maar liefst 4 exemplaren kon noteren tijdens zijn trektellingen te Tienen (VB)! Op 12, 13, 19 en 20 oktober kwam er telkens in een rechte lijn mooi van noordoost richting zuidwest een Dwerggors langs vliegen, zonder aanwijzingen dat de vogels ergens in de buurt rondhingen. Indrukwekkend! Op dezelfde wijze werden er exemplaren genoteerd te Zandvliet (AN) op 17 oktober, te Averbode (LI) op 22 oktober en te Kalken (OV) op 24 oktober. Voorts werden er nog Dwerggorzen geringd op 3 oktober in Dendermonde (OV), in De Kuifeend te Oorderen (AN) op 15 oktober en in Houthulst (WV) en Roeselare (WV) op 23 oktober.

Als vervolg op de Roodkeelnachtegaal die Joris Elst op 12 oktober ringde in het Zwin te Knokke (WV), haalde hij anderhalf uur later een heuse Witkeelgors (Zonotrichia albicollis) uit de netten! Eveneens een soort om U tegen te zeggen, de tweede voor België na een ringvangst te Berendrecht (AN) exact 7 jaar eerder. Tot grote blijdschap van vele vogelkijkers zette Zwin Natuur Park de deuren open op 13 oktober, ondanks dat het normaal gezien een sluitingsdag was, waarvoor een welgemeende merci! Zo kon die dag uiteindelijk meer dan 120 man de vogel uitgebreid gaan bekijken.

Witkeelgors Zonotrichia albicollis, Knokke, 13 oktober 2020 (©Wim Debruyne)


Witkeelgors Zonotrichia albicollis, Knokke, 13 oktober 2020 (©Hans Matheve)

Gezocht - November

Hoewel oktober natuurlijk dé klassieke maand is waarin soorten gevonden worden die hoofden doen tollen en harten sneller doen slaan, mag november niet onderschat worden! In principe kan nu namelijk alles nog wat hier in september en oktober passeert, aangevuld met de soorten die eerder op het jaar nog niet kunnen. Voordat we te sterk beginnen dagdromen, nog even met de voeten op de grond. Als we kijken naar wat er zich de laatste week in Nederland en België heeft voorgedaan, kunnen we – zoals hierboven reeds aangehaald – nog wel wat Pallas’ Boszangers (Phylloscopus proregulus) verwachten. Een mooie soort om de motivatie hoog te houden bij het checken van zangvogels. Wie weet komt er dan onverwacht wel een Humes Bladkoning (Phylloscopus humei) in je kijkerbeeld zitten, een soort die typisch altijd wat later in het najaar arriveert en regelmatig overwintert. Enige zorgvuldigheid is wel geboden, want voor een zekere waarneming krijg je ze toch best goed in beeld en roepen ze idealiter een paar keer. Recorders en camera’s in de aanslag! November is ook een erg goede maand voor de Aziatische lijsters die in de ANWB-gids zo mooi bij elkaar staan afgebeeld. Kies er maar één uit! Met de aanhoudende zuidenwind van de afgelopen week blijven we best ook nog even het luchtruim in het oog houden. November is namelijk een erg goede maand voor Rotszwaluw (Ptyonoprogne rupestris), en ze kunnen zomaar rond de kathedraal van je stad vliegen zoals in Mechelen (AN) van 4 tot 6 november 2005! Wanneer je hoger wil mikken kan je proberen voor een Ross’ Meeuw (Rhodostethia rosea) te gaan, met een goeie NW-storm langs de kust bijvoorbeeld. En zeg nu zelf, wie droomt er nu niet van een Woestijngrasmus (Curruca nana) die ergens in een haventje over je schoen komt gelopen. Het kan zomaar, in november.

Humes Bladkoning Phylloscopus humei, Wenduine, 25 oktober 2016 (©Filip De Ruwe)

Rotszwaluw Ptyonoprogne rupestris, Mechelen, 5 november 2005 (©Vincent Legrand)

Joachim Pintens

Version française

Ça devait arriver. Les jours raccourcissent, les températures chutent et le flux migratoire semble avoir passé son pic. Octobre est maintenant terminé. Un coup d'œil en arrière nous laisse revoir une belle brochette d'espèces, présentée ici en détail et copieusement illustrée pour nous faire rêver en attendant octobre prochain !

Vue d'ensemble

Après plusieurs années extraordinairement riches en observations d'Ibis falcinelles (Plegadis falcinellus), avec 16 cas en 2014 et 10 en 2016, l'espèce a finalement été retirée de la liste des espèces soumises à homologation par la BRBC à partir de 2018. Mais le nombre de nouveaux cas s'est mis à stagner tout aussi rapidement et l'on peut déjà se considérer chanceux si l’on note encore quelques individus sur l'année. Et nous avons eu de la chance, puisque deux ont été découverts ce mois-ci, un aux Marais de Harchies (HA) le 3 octobre et un autre à Drijdyck à Kieldrecht (OV) le 4 octobre. Les deux oiseaux se sont montrés une journée.

Bien qu'octobre puisse parfois encore amener son cortège de rapaces, nous avons ce mois-ci pu reprendre notre souffle après l'incroyable afflux d'espèces très rares que nous avons connu cet été. Un certain nombre de Pygargues à queue blanche (Haliaeetus albicilla) ont quand même été observés ; une espèce que nous voyons de plus en plus régulièrement mais qui ne perdra bien heureusement jamais de sa majesté. Les 4 et 5 octobre, un adulte est venu visiter De Luysen-Mariahof à Bree (LI), le 7 octobre un première année a été observé au-dessus de Meerbeek (VB) puis au-dessus de la Friche Josaphat (BR), les 9 et 10 octobre un spécimen immature au Bichterweerd à Rotem (LI) et sur la Meuse près de Stokkem (LI), le 14 octobre un jeune oiseau errait dans les environs d'Oudenarde (OV), le 15 octobre au moins un deuxième année calendaire était observé au Groot Schietveld à Brecht (AN), deux oiseaux ont été signalés sur la Kalmthoutse Heide (AN) le 15 octobre, un deuxième année calendaire passait par Loenhout (AN) le 16 octobre, le 17 octobre et le 23 octobre à chaque fois un oiseau immature survolait De Maatjes à Nieuwmoer (AN), et le 17 octobre, un individu immature a également été observé en train de migrer près de Bois-et-Borsu (LG). Les observations de Circaètes Jean-le-Blanc (Circaetus gallicus) jusque relativement tard dans l'automne ne font plus exception, mais l'observation d'un oiseau immature au Zwin à Knokke (WV) le 3 octobre reste une sérieuse surprise, et pas des moindre en raison de sa localisation ! Le 7 octobre, un exemplaire était également observé en migration à Angreau (HA).

Les premières observations de Buses pattues (Buteo lagopus) ont eu lieu le 3 octobre, en migration au-dessus de Bichterweerd à Rotem (LI) et au-dessus de Ledegem (WV). Le 15 octobre, une autre a survolé Mannekensvere (WV) et le 22 octobre une autre a été aperçue sur la Kalmthoutse Heide (AN). Plus rien n'arrête l'expansion de l'Élanion blanc (Elanus caeruleus) ! Un était aperçu le 2 octobre en vol à Smetlede (OV), également un le 10 octobre au-dessus de Gentbrugse Meersen (OV), un le 25 octobre en halte dans la Kleine Netevallei à Kasterlee (AN), un le 26 octobre au-dessus de Grimbergen (VB), les 26 et 27 octobre un oiseau traînait dans le Doode Bemde à Neerijse (VB) et enfin un le 31 octobre à Vremde (AN). Octobre a donné lieu à toute une série d'observations de Busards pâles (Circus macrourus). Un superbe mâle de deuxième année calendaire est passé le 2 octobre au-dessus du poste de migration d'Averbode Bos en Heide (LI), le même jour un juvénile est passé par Meerbeek (VB), le 4 octobre un mâle a été aperçu près de Villers-sur-Semois (LX), le 7 octobre un jeune oiseau a été observé au Kluizendok à Gand (OV), le 11 octobre un a été noté lors d'un comptage migratoire sur le domaine militaire de Helchteren (LI), le 14 octobre un jeune oiseau a été observé en halte à Outgaarden (VB) et à Sint-Denijs-Boekel (OV), le 15 octobre un juvénile a migré au-dessus d'Avelgem (WV), le 19 octobre un juvénile en train de chasser a été observé près de Mellery (BW) et le 20 octobre un mâle adulte tardif est passé par Houtem (WV). À Zuienkerke (WV), un Faucon kobez (Falco vespertinus) a encore été observé le 2 octobre, et un oiseau tardif est passé haut au-dessus du poste de migration Averbode Bos en Heide (LI) le 15 octobre.

Busard pâle Circus macrourus, Gent, 7 octobre 2020 (©Elie Desmet)

Après une année blanche en 2019 pour le Pluvier fauve (Pluvialis fulva) à Doel (OV) pour la première fois depuis 2013, Kenny Hessel a cette année de nouveau trouvé un individu parmi les Pluviers dorés au Doelpolder le 29 octobre. La question se pose maintenant de savoir s'il s'agit du même spécimen que précédemment, ou peut-être simplement d'un oiseau différent, étant donné les nombreuses observations aux Pays-Bas cet automne. Dans tous les cas, nous ne comptons à ce jour que 9 cas différents acceptés de cette espèce en Belgique. Un Pluvier guignard (Charadrius morinellus) tardif a été observé en train de migrer au-dessus de Kalken (OV) le 12 octobre, et du 26 au 31 octobre, un a même stationné dans un groupe de Pluviers dorés à Furnes (WV). Nous avons profité le mois dernier d'un vrai pic de de passage de Phalaropes à bec étroit (Phalaropus lobatus), avec pas moins de 5 cas différents ! L'oiseau de l'IJzermonding à Nieuport (WV) a été vu pour la dernière fois le 9 octobre. Le même jour, deux autres ont été découverts, sur le Roksem Put à Ettelgem (WV) par Willy Dias et sur la Noordelijk Eiland de Wintam (AN) par Erik De Keersmaecker. Un oiseau encore a été observé le 11 octobre lors d'une séance de seawatching à Coxyde (WV), avant d'être vu à La Panne (WV) un peu plus tard. Les 17 et 18 octobre un individu découvert par Koen Devos a stationné au Spaarbekken à Woumen (WV). Des Phalaropes à bec large (Phalaropus fulicarius) ont également été observés tout au long du mois, et quelques-uns nous aurons fait le plaisir de rester un bon bout de temps, offrant aux ornithologues l'occasion d'observer cette espèce sous toutes ses coutures. Du 2 au 11 octobre deux oiseaux sont restés près de la jetée Est d'Ostende (WV), les 7 et 9 octobre deux et un spécimen respectivement ont été observés dans l'IJzermonding à Nieuport (WV), le 7 octobre un individu a également été vu au-dessus de la plage de Groenendijk (WV) et un passait en vol à Coxyde (WV), du 15 au 19 octobre un s'est laissé observer aux Lacs de l'Eau d'Heure (NA), le 16 octobre un oiseau a été photographié devant le plage de La Panne (WV), et un enfin a choisi l'extension du Zwin à Knokke (WV) pour séjourner du 9 octobre jusqu'à la fin de cette période.

Pluvier fauve Pluvialis fulva, Doel, 29 octobre 2020 (©Kenny Hessel)

Phalarope à bec large Phalaropus fulicarius, Oostende, 8 octobre 2020 (©Patrick Van Wouwe)

Ce mois d'octobre ne restera pas dans les annales du seawatch. Les vents forts ne manquaient pas, mais soufflaient généralement dans la mauvaise direction. Quelques Labbes à longue queue (Stercorarius longicaudus) ont néanmoins été aperçus dans le courant du mois : un longeant la plage de La Panne (WV) le 11 octobre, le même jour deux individus différents en face de Coxyde (WV), et le 12 octobre enfin deux à hauteur de Bredene (WV). Le 10 octobre, une Mouette de Sabine (Xema sabini) a été vue depuis Knokke (WV) et Ostende (WV), le 11 octobre deux sont passées ensemble devant La Panne (WV) et deux oiseaux différents ont également été observés à Ostende (WV).

Ce qui nous amène à l’un des principaux temps fort de ce mois d'octobre : ce ne sont pas moins de 4 espèces de martinets qui ont été observées en Belgique le mois dernier ! Nous le devons bien sûr en grande partie à Stijn Baeten, qui a trouvé le premier Martinet des maisons (Apus affinis) pour la Belgique à Zeebruges (WV) le 26 octobre. Vous pouvez lire ici l'histoire de cette découverte. Nous n'oublions pas pour autant le Martinet alpin (Tachymarptis melba) qui a survolé Jochen Vanryckeghem à Oostkamp (WV) le 7 octobre alors qu'il travaillait ! Cinq jours plus tard, le 12 octobre, c'est la Friche Josaphat (BR) qui était sous le feu des projecteurs lorsque trois compteurs ont pu y intercepter un Martinet alpin en migration. Ces deux cas constituent les 39e et 40e données pour la Belgique. Nous avons, comme il est devenu coutumier à la fin d'octobre en combinaison avec un vent du Sud persistant, eu droit à bon nombre d'observations de Martinets pâles (Apus pallidus). Avec novembre encore à venir, il semble que cette année pourrait être la meilleure pour cette espèce en Belgique, du moins en termes de nombre de cas. Parce que nous n'avons pas encore eu droit à un oiseau véritablement cochable, le Martinet pâle reste une « nouvelle belge » pour de nombreux ornithos. L'influx a commencé par quelques données de martinets à l'identification incertaine, une quinzaine au total dans la seconde quinzaine d'octobre. Et ce n'est que le 25 octobre que Kenny Hessel a trouvé le premier Martinet pâle certains au-dessus des dunes entre De Haan et Wenduine (WV), qui a même été rejoint par un second un peu plus tard ! Ils ont pu être twitchés par 4 ornithos avant de disparaître vers l'intérieur des terres. Le 26 octobre, Joachim Pintens a trouvé deux fois un individu au Paelsteenpanne à De Haan (WV), un en migration active le matin et un oiseau qui a traîné pendant 10 minutes sur place et a pu être photographié sous tous les angles. Après des heures de recherche, Arno Beidts a également été récompensé par un oiseau qui est passé rapidement au-dessus de son jardin à Zeebruges (WV). Un certain nombre d'ornithos qui cherchaient en vain le Martinet des maisons qui avait été vu jusque tard au crépuscule la veille, ne sont pas rentrés chez eux complètement bredouilles, grâce à un Martinet pâle qui a été aperçu entre Blankenberge et Zeebrugge. Puis un autre a été photographié par Sacha d’Hoop dans le Spanjaardduinen à Bredene (WV) le 28 octobre, et enfin le 30 octobre, Klaas Debusschere et Sebastiaan Hanoulle ont trouvé un oiseau à Torgny (LX). Jusqu'à présent, nous avons 9 cas acceptés de Martinet pâle en Belgique.

Martinet des maisons Apus affinis, Zeebrugge, 26 octobre 2020 (©Joachim Pintens)

Martinet pâle Apus pallidus, De Haan, 26 octobre 2020 (©Joachim Pintens)

Des Pipits à dos olive (Anthus hodgsoni) ont été découverts chaque année depuis 2011, souvent plusieurs cas par an. Ils restent cependant habituellement difficiles à contacter, ce qui rend exceptionnel l'oiseau qu'Elie Coremans et Arno Beidts ont trouvé le 17 octobre aux Fonteintjes à Blankenberge (WV). Pendant dix jours, jusqu'au 27 octobre inclus, il a parfois été vu à quelques mètres seulement par les nombreux observateurs venus en profiter. Un peu plus tôt, le 3 octobre, Diederik D'Hert a trouvé le premier cette année dans l'IJzermonding à Nieuport (WV). Michaël Vandeput en a eu un en passage depuis son poste de suivi à Tirlemont (VB) le 13 octobre, et Robin Vermylen en a également trouvé un qui s'est envolé le 19 octobre à proximité de son poste de comptage à Zandvliet (AN) et dont le cri a pu être enregistré. Au total, 16 Pipits de Richard (Anthus richardi) ont été observés ce mois-ci, principalement lors de suivis migratoires.

Pipit à dos olive Anthus hodgsoni, Blankenberge, 15 octobre 2020 (©Dieter Coelembier)

Pipit à dos olive Anthus hodgsoni, Blankenberge, 19 octobre 2020 (©Jan Vanwynsberghe)

On pourrait difficilement imaginer plus dingue, mais le 12 octobre Joris Elst a bagué au Zwin à Knokke (WV) pas moins de deux espèces qui n'avaient auparavant été observées qu'une seule fois chacune en Belgique. Vous en lirez plus sur cette journée historique en suivant ce lien. L'un de ces deux oiseaux était une Calliope sibérienne (Calliope calliope), la première donnée en Belgique d'un individu vivant, après l'oiseau qui avait été attrapé par un chat à Haillot (LG) le 4 décembre 2019. L'oiseau du Zwin était une femelle de première année calendaire, et malgré les efforts de recherche intenses pour retrouver l'oiseau sur le terrain, il n'a plus été observé. Après le nombre record de Robins à flancs roux (Tarsiger cyanurus) qui ont inondé la Finlande et le reste de la Scandinavie, un nombre exceptionnel d'oiseau ont été trouvés dans le nord-ouest de l'Europe. Aux Pays-Bas pas moins de 18 cas différents cet automne ! Rien de tout de ça chez nous, mais grâce au Robin que Marc Peeters a eu comme invité dans son jardin à Blankenberge (WV) les 11 et 12 octobre, nous pouvons heureusement aussi placer une excellente photo dans notre compte-rendu. C'est le 9ème cas pour la Belgique.

Calliope sibérienne Calliope calliope, Knokke, 12 octobre 2020 (©Wouter Faveyts)

Robin à flancs roux Tarsiger cyanurus, Blankenberge, 12 octobre 2020 (©Marc Peeters)

Le 10 octobre Davy Bosman a de nouveau scoré, cette fois avec la 13e Fauvette pitchou (Curruca undata) pour la Belgique dans l'avant-port de Zeebruges (WV). L'oiseau ne se laissait d'abord que difficilement repérer, mais pour la photo ci-dessous et notre plus grand plaisir, il a pris le temps de se montrer sur un petit tas de sable. La Fauvette épervière (Curruca nisoria) de la base navale de Zeebruges (WV) y a été aperçue jusqu'au 2 octobre, après quoi une a été vue du 4 au 10 octobre sur le parking de la Westdam à Zeebruges (WV). Le 14 octobre, une a été trouvée aux Fonteintjes à Blankenberge (WV), puis 3 oiseaux différents ont été observés dans le Zwin à Knokke (WV) : une observation sur le terrain le 16 octobre, une capture en vue du baguage le 19 octobre et un oiseau non-bagué a été observé près des filets le 24 octobre. Encore une fois cet automne, plusieurs Fauvettes babillardes (Curruca curruca) ont été observées, vraisemblablement d'origine orientale. Des excréments d'un oiseau qui se trouvait dans le Visserskruis à Zeebrugge (WV) le 12 octobre ont pu être collectés et seront examinés sous peu. Espérons que nous pourrons bientôt identifier cet oiseau à la sous-espèce.

Fauvette pitchou Curruca undata, Zeebrugge, 10 octobre 2020 (©Hans Matheve)

Stijn Baeten avait une petite surprise en réserve cet automne tout particulièrement pour ceux qui avaient raté la Locustelle de Pallas (Helopsaltes certhiola) qu'il avait trouvée l'année dernière dans les « takkenbossen » de Heist (WV). Comme si ce n'était rien, il a de nouveau trouvé une Locustelle de Pallas à Heist le 4 octobre, à 150 m du spot précédent ! Vous pouvez lire l'histoire de la découverte de Stijn ici. Bien qu'il ait été beaucoup moins facile à voir que celui de l'année passée, l'oiseau a été vu par plus de 50 ornithologues sur les deux jours où il était présent. Avec l'individu de l'avant-port de Zeebruges une semaine plus tôt, nous avons eu 3 observations sur le terrain en un peu moins d'un an ! Nous en sommes à 10 cas pour la Belgique. Contrairement aux attentes, nous n'avons eu que peu d'observations de Cisticoles des joncs (Cisticola juncidis) en octobre. Une a été observé le 2 octobre à Doel (OV), une le 4 octobre au Zwin à Knokke (WV), et une du 14 au 17 octobre au Kleiputten à Heist (WV).

Locustelle de Pallas Helopsaltes certhiola, Heist, 5 octobre 2020 (©Johan Buckens)

Octobre reste de loin le mois pour ceux qui souhaitent se régaler de toutes sortes de pouillots d'Extrême-Orient, qui nous font voyager un instant dans notre propre pays. Un oiseau brun de plus aux yeux du profane, mais un vrai bijou pour les connaisseurs, le Pouillot de Schwarz (Phylloscopus schwarzi) est une espèce qui figure en bonne place sur la liste de souhaits de nombreux ornithos. Le 3 octobre, Peter Symens a trouvé un individu dans une zone inaccessible du Groot Schietveld à Brecht (AN), la première observation sur le terrain depuis le dernier oiseau twitchable en 2009 ! Le 7 octobre, Michaël Crapoen en a trouvé un dans ses filets, au fond de son jardin à Wetteren (OV). Déjà son deuxième à cet endroit ! Si elles sont acceptées, elles constitueront les 32e et 33e données de Pouillot de Schwarz pour la Belgique. Nous n'aurons eu que deux données de Pouillots bruns (Phylloscopus fuscatus) ce mois-ci, ce qui est assez faible compte tenu de la multitude d'observations aux Pays-Bas cet automne. Les 14 et 15 octobre, un a été trouvé par Johan Buckens dans des buissons près de la gare de Zeebrugge-Dorp (WV), et le 28 octobre Joris Elst a trouvé un individu dans le Vuurtorenweide à Heist (WV). Ce dernier oiseau était dans une roselière et s'est laissé entendre jusqu'au 30 octobre. Il semble que nous allons finalement profiter d'une autre bonne arrière-saison pour le Pouillot de Pallas (Phylloscopus proregulus), avec déjà 5 cas ce mois-ci. Les 17 et 18 octobre, il y en avait un dans le parc de Middelkerke (WV), le 20 octobre un a été bagué à Malines (AN), le 29 octobre un a été vu à Ruisbroek (AN), le 30 octobre un a été trouvé près de Wenduine (WV) et le 31 octobre Johan Buckens a trouvé son 18e au Sashul à Heist (WV). Le Pouillot véloce sibérien (Phylloscopus collybita tristis) est également bien présent. Un était bagué à Tongres (LI) le 1er octobre, un était observé le 11 octobre à Houtem (WV), un était bagué le 14 octobre à Tirlemont (VB), un était présent du 23 au 28 au Park 58 à Duinbergen (WV), un a été trouvé le 24 octobre à Blankenberge (WV), un a été bagué aux Bourgoyen à Gand (OV), et finalement le 27 octobre un a été bagué au Zwin à Knokke (WV).

Pouillot de Schwarz Phylloscopus schwarzi, Wetteren, 7 octobre 2020 (©Michaël Crapoen)

Pouillot brun Phylloscopus fuscatus, Zeebrugge, 14 octobre 2020 (©Johan Buckens)

Pouillot de Pallas Phylloscopus proregulus, Heist, 31 octobre 2020 (©Johan Buckens)

Pouillot véloce sibérien Phylloscopus collybita tristis, Duinbergen, 24 octobre 2020 (©Johan Buckens)

En ce qui concerne les Gobemouches nains (Ficedula parva), nous ne pouvons pas nous plaindre non plus, avec 4 cas cet automne. La femelle adulte du Visserskruis à Zeebruges (WV) s'est montrée magnifiquement jusqu'au 6 octobre inclus. Deux jours plus tard, le 8 octobre, un deuxième oiseau a été trouvé près de la base navale de Zeebruges (WV), un jeune oiseau cette fois. Le 29 octobre, un mâle adulte tardif a été trouvé dans les buissons au sud de la gare de Zeebrugge-Dorp (WV), qui s'est laissé magnifiquement observer jusqu'au lendemain. Nous avons donc pu profiter des 3 plumages différents sur un automne ! Nous avons déjà 111 cas de Gobemouches nains en Belgique, une espèce qui est encore soumise à homologation par la BRBC.

Gobemouche nain Ficedula parva, Zeebrugge, 2 octobre 2020 (©Joachim Pintens)

Gobemouche nain Ficedula parva, Zeebrugge, 29 octobre 2020

2020 est une année assez exceptionnelle pour l'Étourneau roselin (Pastor roseus) chez nous, avec pas moins de 10 cas, dont 5 ce mois-ci. À Strée (LG), Jean-Sébastien Rousseau-Piot a trouvé un individu dans un grand groupe d'étourneaux le 1er octobre, le 2 octobre un a été trouvé près du fort Napoléon à Ostende (WV) par Jan Rottiers, le 12 octobre Filip De Ruwe a observé un migrateur au-dessus de De Haan (WV), le 17 octobre un a été photographié dans les dunes près de Lombardsijde (WV) par An Ceulemans et Karen Tuytens, et le 20 octobre enfin Vincent Leirens a trouvé un oiseau dans un groupe d'étourneaux près d'Angreau (HA). Nous en sommes donc à 57 données d'Étourneaux roselins jusqu'à présent.

Étourneau roselin Pastor roseus, Lombardsijde, 17 octobre 2020 (©An Ceulemans)

Une autre espèce qui n'est certainement pas passée inaperçue est le Bruant nain (Emberiza pusilla), avec 11 individus différents ce mois-ci seulement ! On en doit une grande partie à Michaël Vandeput, qui a enregistré pas moins de 4 exemplaires lors de ses suivis migratoires à Tirlemont (VB) ! Les 12, 13, 19 et 20 octobre à chaque fois un petit bruant volait en ligne droite du nord-est au sud-ouest. Impressionnant ! De même, des individus ont été observés à Zandvliet (AN) le 17 octobre, à Averbode (LI) le 22 octobre et à Kalken (OV) le 24 octobre. Des Bruants nains ont de plus été bagués le 3 octobre à Termonde (OV), à De Kuifeend à Oorderen (AN) le 15 octobre et à Houthulst (WV) et Roeselare (WV) le 23 octobre.

Pour faire suite à la Calliope sibérienne qu'il a bagué le 12 octobre au Zwin à Knokke (WV), Joris Elst a sorti de ses filets une heure et demie plus tard ni plus ni moins qu'un Bruant à gorge blanche (Zonotrichia albicollis) ! Une deuxième pour la Belgique après une capture à Berendrecht (AN) exactement 7 ans plus tôt. Pour le plus grand plaisir de nombreux ornithos, le Zwin Natuurpark a ouvert ses portes le 13 octobre, un jour de fermeture, ce pourquoi nous les remercions très sincèrement ! Ce jour-là, plus de 120 personnes ont pu observer l'oiseau.

Bruant à gorge blanche Zonotrichia albicollis, Knokke, 13 octobre 2020 (©Wim Debruyne)


Bruant à gorge blanche Zonotrichia albicollis, Knokke, 13 octobre 2020 (©Hans Matheve)

À chercher en novembre

Bien qu'octobre soit traditionnellement le mois où l'on trouve les espèces qui font tourner les têtes et battre les cœurs, novembre ne doit pas être sous-estimé ! En principe, tout ce qui peut passer ici en septembre et octobre reste possible, complété par les espèces qui ne le sont pas plus tôt dans l'année. Avant de commencer à rêver plus loin, gardons les pieds sur terre en regardant ce qui s'est passé aux Pays-Bas et en Belgique la semaine dernière. Nous pouvons, comme déjà mentionné ci-dessus, toujours nous attendre à des Pouillots de Pallas (Phylloscopus proregulus). Une belle espèce pour garder un niveau d'attention élevé en checkant les passereaux. Qui sait, un Pouillot de Hume (Phylloscopus humei) peut toujours faire irruption inopinément dans nos jumelles ; une espèce qui arrive généralement toujours un peu plus tard à l'automne et hiverne régulièrement. Une certaine prudence reste de mise, puisque pour être certain de son identification, il vaut mieux bien le voir et idéalement l'entendre crier une fois ou l'autre. Gardons nos enregistreurs et appareils photo à portée de main ! Novembre est également un très bon mois pour les grives asiatiques qui sont si joliment présentées ensemble dans le Guide Ornitho. Choisissez-en une ! Avec le vent du Sud persistant de la semaine dernière, nous devrons également garder un œil sur l'espace aérien pendant un certain temps. Novembre reste un excellent mois pour l'Hirondelle de rochers (Ptyonoprogne rupestris), qui peut tout simplement tournoyer autour de l'église de votre ville comme à Malines (AN) du 4 au 6 novembre 2005 ! Si vous voulez viser plus haut, vous pouvez essayer de chercher une Mouette de Ross (Rhodostethia rosea), avec une bonne tempête de Nord-Ouest le long de la côte par exemple. Et avouons-le, qui ne rêve pas d'une Fauvette naine (Curruca nana) marchant sur nos chaussures quelque part dans un port. C'est possible, en novembre.

Pouillot de Hume Phylloscopus humei, Wenduine, 25 octobre 2016 (©Filip De Ruwe)

Hirondelle de rochers Ptyonoprogne rupestris, Mechelen, 5 novembre 2005 (©Vincent Legrand)

Joachim Pintens, Olivier Dupont

Discussie

Gebruikers van het forum gaan akkoord met de forumregels.