Terwijl thuis eindelijk de pannetjes weer eens op het fornuis staan (toch maar gedaan cb) kijk ik kort terug op de voorbije dagen. Deze week zijn er 13 nieuwe soorten aan de lijst toegevoegd. Roodkeelpieper, Grauwe franjepoot, zwarte stern, Noordse kwikstaart, tuinfluiter, kleine strandloper, rode rotslijster, kleine geelpootruiter, morinelplevier, noordse stern, temmincks strandloper, porseleinhoen, strandplevier. Iedere nieuwe soort brengt weer een totaal ander gevoel met zich mee. Rode rotslijster is natuurlijk uitmuntend, porseleinhoen betekent weer een avondje minder in de schemering wachten, roodkeelpieper zorgt ervoor dat ik in het najaar weer iets minder gespannen op een telpost hoef te staan en kleine geelpootruiter brengt rust voor een eventueel door de weeks werk-moment.
Het was een volle week, waardoor er veel te schrijven valt. Kijk hierna ook vooral nog even op deze site: www.peterimwald.blogspot.com Bijzonder leuk om te zien hoe het nu met Peter de Vries gaat na jaar(lijst)2007. Zijn verhalen uit dat jaar zijn voor mij toch wel de inspiratiebron geweest om mee te doen aan de gekkigheid waar ik nu midden in zit.
Nou...tot in het veld, ergens...!
Op vogel-gebied startte de week op maandag 27 april in het lauwersmeer. Iets voor 17.00u werd de roodkeelpieper doorgegeven, die de dag ervoor ook al in het Lauwersmeer ter plaatse zat. Enkele minuten later kon ik vanuit Woerden wegrijden richting het noorden en pikte onderweg Richard op vanaf een Carpoolplaats nabij Urk. Aangekomen op de plek werd er door diverse mensen al aandachtig gekeken naar een drassig grasgebied. Niet veel later was ook voor mij de "roodkeelpieper" dit jaar weer veilig gesteld. Zowel in 2008 als nu zijn het vogels die ter plaatse zitten. Alleen maakt dit exemplaar het voor iedereen wel bijzonder aantrekkelijk om een kijkje te gaan nemen, door meerdere dagen te blijven. Vorige jaar moest je binnen een uur aanwezig zijn, want anders viste je naast de prijs.
Het lauwersmeer had deze avond meer te bieden. In het Jaap Deensgat was namelijk overdag een Grauwe franjepoot gezien. Voordat Richard en ik die kant op gingen, wilde ik voor de (vrij korte) daglijst nog even snel in de Ezumakeeg (zuid) steltkluten meepikken. Het koste niet veel moeite om hierin te slagen.
De auto werd snel gekeerd, want de schemering was al ver gevorderd en we hadden nog 1 soort te verzilveren. Aangekomen bij het Jaap Deensgat trok ik een sprintje naar de hut en stormde naarbinnen. 3 vogelaars keken me wat verbaasd aan toen ik de deur open zwaaide en hen met vurige ogen en gespitste blik vroeg waar de franjepoot zat. Ik begon al vrij snel de indruk te krijgen dat ze hier nog nooit van gehoord hadden. Er zat niets anders op dan zelf maar met wilde zwaaien het telescoopbeeld over het water heen te laten gaan.
Gelukkig werd er al snel hulp geboden. De 3 hadden het boekje erop nageslagen en kwamen tot de constatering dat ze de vogel toch zeker wel gezien hadden, en mooier nog...hij was nu in beeld. Hup... m'n oogbol in hun oculair gedrukt en jahoe...een kemphaan. Snel terug naar mijn scoop en met een laatste lichtstraal (behoorlijk overdreven, maar het kwam aardig in de buurt) kreeg ik de "Grauwe franjepoot" in beeld. Gelukkig was Richard vrij goed in het stellen van (kritische) vragen. "Alwin...wat zie je op deze afstand en met dit licht (donker), om rosse franjepoot uit te kunnen sluiten, zonder het over de tijd van het jaar te hebben". Met wat inspanning kon ik (heel prettig) enkele uitspraken doen over postuur, (kleur)patroon, snavelstructuur en kreeg ik toestemming om de soort te tellen.
Woensdag 29 april was ik samen met Christian Brinkman opnieuw in het Lauwersmeer. Roodkeelpieper was voor hem niet zo zeer een nieuwe soort, maar een min of meer zingend exemplaar gaf er een behoorlijk speciaal tintje aan. Terwijl ik het gebied in liep (niet in de verstorende zin van het woord) scheerde (kennlijk) een zwarte wouw rakelings over m'n kruin (zonder dat door te hebben) en riep Christian dat ik omhoog moest kijken. Verstaan wat ie zei deed ik niet, maar wat om me heen kijken leverde in de verte een zwarte wouw op. De blik in m'n ogen van: "goh...leuk...een zwarte wouw, kwam in dat licht wat suf over".
Het specifieke doel van Christian om naar de roodkeelpieper te gaan was om het geluid op te nemen. Helaas liet de vogel zich, toen wij er waren, niet al te best horen en was opnemen vrijwel onmogelijk. Tegen de schemering keerden we terug om luid zingende riet- en sprinkhaanzangers op te nemen. Leuk genoeg blijkt bij het afspelen hiervan ook een kwak te horen te zijn...helaas totaal aan me voorbij gegaan.
Koninginnedag (donderdag 30 april) begint vroeg. Gisteravond was ik tegen 24.00 uur thuis en vandaag staan we met de hele ploeg alweer om 07.00u op de centrale plek (Kamperhoek). Gedurende de ochtend vliegt er weinig. De mist die er bij ons hangt, is hardnekkig en maakt het vrij kil. In het gebied voor ons horen we nog steeds een Buidelmees roepen en een vrouw Grauwe kiekendief scheert op korte afstand langs ons heen richting het noorden. Tegen 11.30 vertrekken we, eerst naar "de"supermarkt in Swifterband, om daarna, voor de derde maal deze week, naar het Lauwersmeer te rijden. In tegenstelling tot het weer in Flevoland is het hier lekker helder en qua temperatuur aangenaam. We besteden de middag goed en keren aan het begin van de avond huiswaarts.
Rond 21.30 komt via waarneming.nl het bericht binnen van een rode rotslijster, ergens in Noord Oost Groningen. Even later wordt ie ook via Rare Bird Alerts wereldkundig gemaakt. De beschrijving voelt goed en een snelle blik op de weerkaart maakt de keuze definitief...vrijdag-ochtend lekker vroeg op een akker in Groningen. Ik sms Toy Janssen wat het plan voor de volgende dag wordt (6u Kamperhoek) en sukkel al dromend in een onrustige slaap.
Helaas hebben Christian, Thijs en Teun op vrijdag 1 mei andere dingen te doen, en zitten Toy en ik samen in de auto opweg naar Stadskanaal. Exact om 07.00u wordt het gevoel dat "het wel goed zat " bevestigd. De vogel is op dezelfde akker in een mistig Groningen teruggevonden. Na een half uurtje kunnen we dat ook met onze eigen ogen zien. De "rode rotslijster" scharrelt rustig over de akker heen en levert zo, op z'n geheel eigen manier, een mooie bijdrage aan m'n lijst(jes). We zien via internet dat de mist voorlopig nog zal blijven hangen. Nico de Vries nodigt ons uit om, in afwachting van beter licht een kop koffie te komen drinken. We grijpen dit warme aanbod met beide handen aan en rijden door een stil en bossig groningen heen. Thuis aangekomen kijken we met bewondering de tuin in: gekraagde roodstaart, grote bonte specht, holenduif, pimpelmees, ring- en huismus en koolmees, zijn nog maar enkele van de broedende tuinvogels die we zien.
Na een goede ander half uur lekker praten over vogels, keren we terug naar de rotslijster. De mist is wat opgetrokken, waardoor het mogelijk is om enkele plaatjes te maken.
's Middags houden we ons op in het Lauwersmeer. Baltsende zee-arenden (poten grijpen) steltkluten op 10 meter en grauwe franjepoot maken de dag compleet. Terwijl we nog in het Lauwersmeer zijn wordt vanaf Texel rond 16.30 een kleine geelpootruiter doorgegeven. Ondanks dat er nog voldoende tijd is om op en weer van Texel af te komen waag ik het er niet op. Dat lukt nog wel...is de gedachte!
Rond 18.30 zet ik Toy af op de Kamperhoek, die vanaf daar verder de gebruikelijk rit naar Uden maakt. Terwijl ik ook huiswaarts keer schiet Porseleinhoen door m'n gedachten. In plaats van Amsterdam wordt de Hilversumse Bovenmeent de bestemming. Tot 22.00u luisteren levert veel gekwaak van kikkers op, maar een porseleinhoen is niet te horen.
Zaterdag 2 mei rijd ik op de A-7 ter hoogte van Hoorn achter Toy en Thijs aan. Het doel is om de boot van 06.30 naar Texel te halen, wat ook makkelijk blijkt te lukken. Eenmaal aangekomen gaan we direct kijken of de "kleine geelpootruiter" er nog zit. Gelukkig blijkt dat ie er de nacht heeft doorgebracht, of na een welverdiende nachtgerust gewoon is teruggekeerd.
Toevallig genoeg stond Texel voor zaterdag al op de agenda. Christian had enkele dagen van te voren door het vergelijken en interpreteren van weerkaarten bedacht dat Texel voor deze dag wel eens wat leuke dingen kon opleveren. Het weerbeeld was in de tussentijd iets gewijzigd, maar het plan zeer zeker niet. Met "temmincks strandloper, morinelplevier, noordse stern en kleine geelpootruiter" verlieten we om 18.00u het eiland.
We waren net van de boot toen Thijs op Lauwersmeer.com een Noordse Nachtegaal gemeld zag staan. Na wat zuchten, steunen en stille protesten (van mijn zijde) reden we niet richting Amsterdam, maar pakten we de A-7 naar Groningen. Eenmaal voorbij Groningen gingen we lekker binnendoor van dorp naar dorp, totdat we rond 20.30 bij het beloofde bos langs de N361 kwamen. Na twee rondjes (zo liep het pad) waren we er wel uit... een Noordse Nachtegaal liet zich niet horen.
En nu...,terug naar huis of de tijd nog even goed besteden en in het Jaap Deensgat Porseleinhoen zoeken? Unaniem werd gekozen voor optie 2. Om 21.30 bleek dat we de goede keuze gemaakt hadden; een "porseleinhoen" begon uitbundig te roepen. Het geluid werd opgenomen en de zoveelste soort van dit jaar was weer binnen.
Tegen 23.30 reden we de MC Drive binnen van Hoorn om snel nog even wat te eten. Hierna werden de laatste kilometers naar huis ingezet, om er weer eens een traditioneel korte nacht van te maken..., zondag wilden we weer op tijd in de Biesbos zijn.
Zondag 3 mei struinden we met z'n 4'en (Christian, Teun, Thijs) door polder Hardenhoek (Brabantse Biesbos). Dit leverden bijzonder leuke binnenlandse waarnemingen op van steenloper, kaaaanoet, bonte strandloper, rosse grutto (en bosruiter, kleine zilverreiger). Aan het begin van de middag dwaalden we (netjes binnen de kaders) door de Scherpenissepolder op Tholen (ZL) heen. 2 "strandplevieren" waren de laatste nieuwe jaarsoorten waarmee ik deze week afsloot. In de polder is kennelijk recentelijk een nieuwe vogel-kijk-hut geplaatst. We hadden een toevallige ontmoeting met de architect, die bijzonder geinteresseerd was naar onze ervaringen met "zijn" ontwerp. Het is in ieder geval het bekijken en proberen waard (zowel voor het ontwerp...in positieve zin, als vanwege de polder).